Raadslid Van Buuren zwengelt discussie over Isala theater aan

14 maart 2013 - Open brief, Aad van Hulst, voorzitter Raad van Commissarissen Isala Theater BV:

Beste meneer van Buuren,

Met interesse las ik Uw ontboezemingen in het aan U gewijde Spotlight (IJssel en Lekstreek 13 maart 2013). Ik sloeg als voorzitter van de Raad van Commissarissen van Isala Theater BV natuurlijk wel even aan op Uw top 3 van ergernissen. Daarin beschrijft U Isala als een duur theater dat amechtig aan het subsidie-infuus hangt.

Misschien kan ik iets aan die ergernis doen.
Isala is ongetwijfeld duur, daar hebt U volkomen gelijk in. De gemeente betaalt jaarlijks een nettobijdrage in de exploitatie van ongeveer zeven en een halve ton. En dat is een hoop geld. Maar amechtig aan het subsidie-infuus hangen? Kom nou toch, de totale inkomsten zijn ruim 2,3 miljoen. Het theater haalt dus meer dan 67% van zijn inkomsten op eigen kracht uit diverse bronnen binnen. Kent U de landelijke regeling over dit onderwerp? Die schrijft voor dat vanaf 2013  theaters, musea e.d. verplicht zijn tenminste 17,5 % van hun inkomsten zelf te genereren wil men voor rijkssubsidie in aanmerking komen. Doen wij, gemeente en theater, het in Capelle dus zo beroerd nog niet. En ter meerdere geruststelling: uit het binnenkort uit te brengen jaarverslag zal blijken dat Isala in 2012 ondanks alle economische narigheid toch weer een sluitende exploitatie heeft gerealiseerd.

Het theater is er natuurlijk niet ter meerdere eer en glorie van zichzelf. De gemeente is niet alleen de subsidient maar ook de oprichter en de (middellijke) eigenaar van onze BV. En de huisbaas, en de opdrachtgever van het theater. Kortom, het Isala Theater is van de gemeente en dus van alle Capellenaren. Als raadslid en bestuurlijke vertegenwoordiger van die Capellenaren moet het U toch een goed gevoel geven dat zij telkens weer in de tweejaarlijkse bewonersenquête Isala met een mooi rapportcijfer belonen en als meest gewaardeerde voorziening van de stad aanmerken? Bepaald geen opvatting van de happy few want de helft van de geënquêteerden, representatief voor de hele bevolking, geeft aan minstens eens per jaar in het theater te komen.

Wellicht dat ook U, gewapend met deze kennis zou kunnen overwegen een volgende keer het theater juist in het lijstje van de beste punten van Capelle aan den IJssel te zetten i.p.v. als grote ergernis. Maar om een of andere reden heb ik toch het vermoeden dat het zo niet zal werken.

Met vriendelijke groet,
Aad van Hulst, voorzitter Raad van Commissarissen Isala Theater BV

---
16 maart 2013 - Open antwoord op de open brief van dhr. A. van Hulst 

Geachte heer Van Hulst,

Hartelijk dank voor uw reactie op mijn column Spotlight! Ik ben blij met uw toelichting. U laat zien dat het Isalatheater relatief erg goed presteert en van haar omzet een groot deel zelf verdient. En dat is iets waar u terecht trots op mag zijn! Als raadslid waardeer ik deze inzet ook zeker.

En toch (en dat vermoedde u al) blijf ik erbij dat het theater een hele dure voorziening is. En daar erger ik mij aan! Daar zijn een drietal redenen voor.

1) Het theater kost de gemeenschap op jaarbasis een kleine miljoen euro (als we ook de huur van het gebouw meenemen – wat mij wel zo billijk lijkt). We moeten de komende jaren opnieuw miljoenen euro’s bezuinigen. Dat raakt ook mensen die voor hun inkomen en zorg afhankelijk zijn van de overheid. Laat de sterkste schouders ook de zwaarste lasten dragen. Voor een avondje uit kunnen mensen prima zelf hun buidel trekken.

2) Tot enkele jaren geleden werd de gemeenteraad regelmatig geconfronteerd met extra kosten voor het theater. Niet altijd was dat de schuld van het theater zelf, en het gaat steeds beter, maar het leidde wel keer op keer tot extra uitgaven voor de gemeente. Naar mijn mening kan dat geld aan zoveel betere doelen besteed worden.

3) Voor alle voorzieningen in Capelle zal moeten worden bezien in hoeverre er regionaal voldoende alternatieven zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor ons zwembad, onze muziekschool en de bibliotheek. In de regio is een prima aanbod van theaters. Daar waar andere voorzieningen harde klappen krijgen, moeten we ook de vraag stellen hoe lang we ons als gemeente nog een eigen theater kunnen en willen veroorloven.

Geachte heer van Hulst. Met alle waardering die ik heb voor de wijze waarop u zich inzet voor het theater, blijf ik van mening dat we onze energie en middelen beter in andere zaken kunnen stoppen. En inderdaad, het theater zal niet snel in mijn lijstje van beste punten komen…

Hoogachtend,

Arwin van Buuren – raadslid SGP